Sinterklaas

Gepubliceerd op 29 november 2025 om 20:58


Sinds vrijdag aan het eind van de middag is Lucas thuis bij zijn moeder. Zaterdagmiddag kijken ze samen naar de intocht van Sinterklaas op televisie. Lucas zit vol spanning te kijken of Sinterklaas ook echt aankomt, want er wordt gezegd dat het slecht weer is op zee en dat het moeilijk is om te varen. “Mama, kan Sinterklaas nu wel komen?” “Ik denk wel dat Sinterklaas aankomt,” antwoordt moeder.

Lucas is bang dat Sinterklaas dit jaar niet kan komen en dat hij dan geen cadeautjes krijgt. Maar dan ziet hij vol opwinding dat de stoomboot echt aankomt en even later Sinterklaas en de Pieten aan wal stappen. Lucas is heel blij en vraagt: “Mama, wanneer komt Sinterklaas hier aan?” “Nog één nachtje slapen en dan komt Sinterklaas hier aan en dan gaan we kijken.”

De volgende dag is het zondag. Lucas is al vroeg wakker. “Mama, Sinterklaas komt vandaag met de boot!” Lucas zingt Sinterklaasliedjes en kan niet wachten tot Sinterklaas aankomt. En dan is het tijd om de jassen aan te doen; samen lopen ze naar de kade.

Zenuwachtig speurt Lucas het water af. Hij ziet nog niets dat op een boot lijkt. Opeens ziet hij – net als de andere kinderen – in de verte de stoomboot van Sinterklaas. “Zie ginds komt de stoomboot…” De menigte juicht. De stoomboot komt dichterbij en Sinterklaas staat aan dek, zwaaiend naar iedereen. Lucas springt op en neer. Sinterklaas en zijn gevolg stappen aan wal, en Lucas krijgt zelfs een hand vol pepernoten van een vrolijke Piet. “Dank je wel, Piet. Ik woon op het internaat, komt Sinterklaas daar ook?” Piet geeft hem een aai over zijn hoofd. “Natuurlijk kerel, Sinterklaas weet dat je daar woont. Dat staat in het grote boek. Hij zal je niet vergeten.”

Moeder kijkt lachend toe. Als ze weer naar huis gaan, met rode wangen van het buiten zijn in de kou en een hoofd vol van Sinterklaas en de Pieten, weet Lucas het zeker: Sinterklaas is hem niet vergeten.

’s Avonds moet Lucas weer terug naar het internaat. Hij huilt en zegt: “Ik wil niet naar het internaat, ik wil bij jou blijven.” Moeder troost hem en zegt: “Je moet echt terug naar het internaat, dat kan nu niet anders.”

Tante brengt Lucas en zijn moeder naar het internaat. Verdrietig stapt Lucas in de auto. Piet heeft Lucas verteld dat Sinterklaas hem niet vergeten is, maar voor de zekerheid vraagt Lucas toch aan mama: “Weet Sinterklaas wel dat ik daar woon?” “Ja jongen, Sinterklaas weet dat je daar woont. Hij heeft alles in zijn grote boek staan. Piet heeft vanmiddag zelf gezegd dat Sinterklaas je niet vergeten is.”

Lucas is toch bang dat hij op het internaat geen cadeautjes krijgt en niks in zijn schoen zal vinden. Hij woont nu een half jaar op het internaat, maar hij kan er nog steeds niet aan wennen dat hij na een weekend thuis telkens terug moet. In de groep doucht mama hem nog en helpt ze hem met zijn pyjama. Tante en moeder drinken nog een kop koffie en dan is het tijd om afscheid te nemen.

Lucas huilt en geeft zijn moeder en tante een knuffel. Vanuit het raam zwaait hij ze uit. Als hij ze niet meer ziet, loopt hij stampend en huilend de trap op naar boven. Hij gaat op zijn bed zitten huilen. Na een uur op zijn kamer te hebben gezeten, gaat hij toch weer naar beneden. Ze mogen van Willeke hun schoen zetten en Sinterklaasliedjes zingen. Ook Lucas zet zijn schoen en zingt toch maar een paar liedjes. Hierna gaan de jongste kinderen naar bed; Willeke leest een verhaaltje voor en dan gaan ze slapen.


De volgende ochtend is Lucas al vroeg wakker. Wat zal er in mijn schoen zitten? Voor het ontbijt mogen de kinderen in hun schoen kijken. In elke schoen zit een kleine chocoladeletter. Ze mogen de letter nog niet opeten, eerst ontbijten. Lucas neemt de zijne mee naar school en eet hem in de pauze op.

Op school vertelt de juffrouw ’s middags een mooi Sinterklaasverhaal. Na het verhaal gaan de kinderen enthousiast aan de slag. Er ontstaan prachtige tekeningen: Sinterklaas op Amerigo, kleurrijke Pieten die over de daken springen, en zelfs een stoomboot met golven. Aan het einde van de dag legt iedereen met een glimlach de tekening in de linkerhoek van hun tafeltje. De juffrouw fluistert: “Niet vergeten, vannacht komt Piet… en hij neemt jullie kunstwerk mee naar het grote boek van Sinterklaas.” Lucas knikt serieus. Dit is belangrijk.


De volgende ochtend is het alsof er een geheimzinnige wervelwind door de klas is gegaan. De tekeningen zijn verdwenen. Op elk tafeltje liggen wat snoepjes en een paar pepernoten. “Híj is geweest,” fluistert een klasgenoot.

Een paar dagen later zit Lucas op de grond in de huiskamer te spelen. Dan komt er plotseling een Piet binnen. Lucas heeft hem niet zien binnenkomen. Zijn ogen worden zo groot als pepernoten. Hij schuift zijn speelgoedautootje opzij en kruipt iets dichter naar Piet, alsof hij hem anders misschien niet kan geloven. “Echt waar?” vraagt hij zacht.

Piet knikt met een brede lach. “Ja hoor. Sinterklaas heeft zelfs gezegd dat jij nu hier moet wonen en dat je een lieve jongen bent.” Lucas kijkt Piet aan. “Ik moet hier wonen en dat vind ik niet leuk. Sommigen zijn zo gemeen tegen mij en ik mis mijn mama heel erg.” Piet geeft Lucas een cadeautje. “Kijk, ik heb iets voor je.” Lucas pakt het snel uit. Het is een speelgoedautootje. Hij straalt. “Dank je wel Piet en Sinterklaas!”

Ze spelen even samen op de grond. Dan zegt Piet: “Ik moet weer gaan, ik moet nog naar andere kinderen.” Hij rent de trap op naar boven, Lucas gaat achter hem aan. Boven komt hij alleen een oudere jongen tegen, die net uit de douche komt. “Heb jij een Piet gezien?” vraagt Lucas. “Nee, ik heb net gedoucht. Ik heb geen Piet gezien.”

Piet is al weg. Lucas gaat naar beneden en speelt verder met zijn nieuwe autootje. Ger ziet Lucas met zijn auto. “Dat is een mooie auto, van wie heb je die gehad?” “Van Sinterklaas, er is een Piet hier geweest!”

Het is vrijdagmiddag; vanavond is het Sinterklaasavond. Op school worden na het middageten de tafeltjes in een halve kring gezet, en voor in de klas staat een versierde stoel voor Sinterklaas. De juf gaat rond met warme chocolademelk en taai-taai en marsepein. Als iedereen voorzien is, bladert ze door haar grote verhaalboek. “Vandaag lees ik jullie het verhaal voor van het verdwaalde paard van Sinterklaas,” zegt ze geheimzinnig.

De kinderen hangen aan haar lippen. En dan wordt er plotseling hard op de deur gebonkt. Iedereen zit meteen rechtop. “Sinterklaasje, kom maar binnen…” klinkt het, als de deur opengaat en Sinterklaas statig met twee Pieten de klas binnenloopt. De Sint gaat zitten op de stoel voor in de klas. Elk kind moet bij Sinterklaas komen; hij kijkt in zijn grote boek, stelt een paar vragen en geeft een chocoladeletter en een cadeautje.

Dan is Lucas aan de beurt. “Lucas, ik lees in mijn boek dat je op het internaat bent komen wonen en dat je graag op school bent.” “Ja Sinterklaas, op school is het leuker dan in 2A.” “Piet, geef jij Lucas eens een cadeautje.” Lucas krijgt een chocoladeletter L en een doosje kleurpotloden.

Als alle kinderen aan de beurt zijn geweest, nemen Sinterklaas en de Pieten afscheid. De juf schenkt opnieuw chocolademelk in en de kinderen mogen spelen. Lucas kleurt met zijn nieuwe kleurpotloden een Sinterklaaskleurplaat in.


Na school gaan de meeste kinderen snel naar huis, het is vrijdagmiddag. Ook Lucas loopt zo snel hij kan terug naar de groep met zijn chocoladeletter en kleurpotloden. Hij denkt aan de Sinterklaasavond thuis. Wat zal ik vanavond krijgen?

Terug in de groep kleedt hij zich om en stopt zijn knuffel in een tas. Daarna wacht hij beneden op zijn moeder. Ze komt binnen en Lucas rent op haar af. “Heb je alles bij je wat je mee wil nemen naar huis?” “Ja, ik heb alles ingepakt.”

Thuis leest Lucas in de Bobo en speelt hij met Playmobil. Vanavond gaan ze vroeg eten en Sinterklaas vieren. Na het eten kijken ze Sinterklaas in Sesamstraat, De Eerste de Beste en Vijf tegen Vijf.


Plotseling hoort Lucas iemand op de trap. “Dat is Piet met cadeautjes!” roept hij, maar mama zegt: “Wacht nog maar even totdat Piet weg is, anders schrik je hem misschien af.”

 


Na tien minuten rent Lucas de trap op. Op de overloop staat de zak met cadeautjes. “Mama, Piet is geweest met cadeautjes!” roept hij.

Voorzichtig tilt hij de zak trede voor trede de trap af. In de woonkamer begint hij meteen met uitpakken. Lucas krijgt snoep, Playmobil, Lego, een speelgoedhijskraan en een speelgoedpostkantoor. Hij is dolblij en speelt meteen met de hijskraan en het postkantoortje.


Moeder heeft ook cadeautjes gekregen, handige dingen die ze goed kan gebruiken.


Dan gaat de telefoon.
“Lucas, telefoon voor je — oma.”
“Met Lucas.”
“Met oma. Heb je mooie cadeaus gekregen van Sinterklaas?”
“Ja oma, ik heb Lego, Playmobil, een hijskraan, een postkantoortje en snoep gehad!”
“Zo, dat zijn mooie cadeaus. Daar ben je vast blij mee?”
“Ja, heel blij.”
“Is Sinterklaas op school geweest?”
“Ja, ik heb een letter en kleurtjes gehad op school.”
“Hebben jullie op het internaat al Sinterklaas gevierd?”
“Dat doen we zondagavond.”

Het is zondagavond. Iedereen is terug van het weekend thuis. Omdat ze vanavond in de groep Sinterklaas vieren, vindt Lucas het deze keer niet zo erg dat hij vroeg terug moet. Aangekomen in de groep gaat hij met mama naar boven om de weekendtas uit te pakken.


Vanavond wordt er in alle groepen Sinterklaas gevierd. Een paar weken geleden zijn er lootjes getrokken. Na het eten haalt iedereen zijn surprise op en zet deze in de woonkamer op de grote tafel. Sommige kinderen gaan nog douchen of zich omkleden.

Dan begint de surpriseavond. Het is gezellig, de woonkamer is versierd en er worden Sinterklaasliedjes gezongen. Op tafel staan pepernoten, marsepein, frisdrank en chips.

Iedereen mag om de beurt zijn surprise pakken, het gedicht voorlezen en het cadeautje uitpakken. Dan is Lucas aan de beurt. Hij krijgt een clown van karton met een cadeautje erin. Hij wil meteen het cadeautje pakken, maar Marleen zegt: “Hé, eerst het gedicht voorlezen!”
“O ja, ik ga het gedicht voorlezen.”

Lucas leest het gedicht voor en daarna mag hij zijn cadeau uitpakken. Snel scheurt hij het papier eraf: een autootje. “Dit heb ik van Sinterklaas gehad!” roept hij blij.

Als alle surprises zijn uitgepakt, gaat de muziek wat harder en wordt er gedanst. Lucas drinkt warme chocolademelk, speelt met zijn autootje en springt mee op de maat van de muziek. Daarna is het hoogste tijd om te gaan douchen en naar bed te gaan. Hij neemt zijn surprise en autootje mee naar zijn kamer en zet het naast zijn bed bij KITT.

De volgende ochtend mogen de kinderen een cadeautje meenemen naar school om te laten zien. In de klas zetten ze hun cadeautje op hun tafeltje. Om de beurt vertellen ze hoe ze Sinterklaas hebben gevierd en wat ze hebben gekregen.

Lucas is aan de beurt.
“Lucas,” zegt de juf, “vertel maar eens.”
“Ik heb thuis Sinterklaas gevierd met mama. Sinterklaas en Piet hebben een zak met cadeautjes boven gezet. Ik heb Lego, Playmobil, een postkantoortje, een hijskraan en snoep gehad.”
“Wat is je mooiste cadeau?” vraagt de juf.
“Lego, daar heb ik heel veel van. Ik maak thuis een Lego-stad.”
“En hoe was Sinterklaasavond in 2A?”
“We hadden surpriseavond. Ik had een clown met een cadeautje erin. Ik kreeg een autootje.”
“Wat heb jij mooie cadeaus gekregen,” zegt de juf, en ze geeft de beurt aan het volgende kind.

Als iedereen is geweest, begint de les  en Sinterklaas zit alweer op de stoomboot terug naar Spanje.



Auteur: Pieter-Jan

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.