"Een seconde van schrik, een les voor het leven"
Dat elke spoedrit potentieel gevaarlijk is – voor iedereen op de weg, en dus óók voor ons – weten wij als ambulancepersoneel maar al te goed. En hetzelfde geldt voor onze collega’s van de andere hulpdiensten die onder blauw licht rijden.
Hoe goed onze chauffeurs ook zijn opgeleid, hoeveel ervaring ze ook hebben: het gedrag van medeweggebruikers blijft onvoorspelbaar. Voeg daar gevaarlijke weersomstandigheden aan toe, en je hebt een mix waarin alles ineens kan kantelen.
Vanavond werden we daar weer pijnlijk aan herinnerd.
Een seconde van onoplettendheid
Onderweg naar een spoedmelding haastten we ons door het verkeer. Een tegenligger deed precies wat nodig was: iets naar rechts uitwijken (voor ons dus links), zodat wij ruimte kregen.
Maar de jonge bestuurder vóór ons deed iets totaal onverwachts. Hij stuurde plots naar links, vlak voor onze ambulance langs. Daarmee sneed hij ons onbedoeld keihard af. We belandden met flinke vaart in een soort fuik tussen twee voertuigen.
Mijn collega haalde álle ervaring uit de kast. Ik zette me schrap voor de klap die haast onvermijdelijk leek. Ik schreeuwde het uit, voelde mijn hart in mijn keel. Of nee – noem het gerust een hartverzakking...
Met slechts een haarbreedte aan weerszijden kwamen we alle drie tot stilstand. Aan de ene kant keek mijn collega naar het verbijsterde gezicht van de tegenligger. Aan de andere kant zat ik oog in oog met de lijkbleke, hevig geschrokken jonge bestuurder.
Oprecht en kwetsbaar
Ik draaide mijn raampje open. Hij ook.
Wat volgde was een oprechte verontschuldiging vanuit zijn tenen. Hij wilde ons nooit hinderen, en had zich enorm vergist. Ondanks mijn schrik had ik direct met hem te doen. Zijn eerlijkheid kalmeerde me. Terwijl mijn hand nog op mijn borst lag, legde ik hem snel uit:
"Kruis nooit een ambulance met spoed, echt nooit."
Ik weet zeker dat hij het nooit meer zal doen. We zijn goed uit elkaar gegaan. Maar wij moesten snel door. Want er wachtte iemand die onze hulp hard nodig had.
Waarom ik dit deel
Wat me keer op keer verbaast: hoe weinig aandacht er tijdens rijlessen is voor voorrangsvoertuigen. Terwijl het zó belangrijk is om te weten wat je moet doen. Hier een paar simpele tips die écht kunnen helpen:
Wat te doen bij een ambulance met zwaailicht en sirene:
-
Raak niet in paniek. Blijf rustig. Wij begrijpen dat je schrikt van al die lichten en sirenes. Heel menselijk.
-
Zet je alarmlichten aan. Dan weten wij dat je ons hebt gezien en even zoekt naar ruimte. Geen zorgen, je krijgt daar echt de tijd voor.
-
Voor je op een rotonde? Maak een extra rondje, zodat wij je kunnen passeren. Jij rijdt dan achter ons, niet ervoor.
-
Tegenligger? Stop gewoon. Dan volgt het verkeer achter je automatisch. Wij gebruiken het ontstane gat om veilig door te kunnen.
-
Niet “nog even snel” oversteken. Niet als voetganger, niet als automobilist. Wacht die paar seconden. Ze kunnen levens redden.
-
Kruis ons nooit. Blijf op je eigen rijbaan en wijk uit naar rechts (of naar links als je op de linkerbaan zit). Maar nooit oversteken!
Er zijn nog veel meer tips, maar deze zijn al zó waardevol. Uiteindelijk komt het neer op verantwoordelijkheid nemen. Voor je eigen veiligheid én die van ons.
Bedankt namens mij — en ongetwijfeld ook namens mijn collega’s van de “herriewagens”.
En een dikke, vette chapeau voor mijn collega vandaag. Dat vooral ook.
Blijf veilig.
Liefs,
Hannah Bonnes
Ambulanceverpleegkundige

Reactie plaatsen
Reacties