Zeg ik bakkeljauw, dan zegt u… “Baka batjaw“ (Gebakken bakkeljauw)! Als tweede volgt waarschijnlijk Batjaw moksi alesi (rijstgerecht). Of Batjaw frita (viskroketjes).
Vanaf nu kunt u daar “Batjaw tapu asin” (Bakeljauw op azijn) aan toevoegen. Want dat is toch heerlijk als broodbeleg! Serveer op een Surinaams puntje of op een witte boterham met plakjes tomaat en gekookt ei erbij.
Nodig: 200-350 gram bakkeljauwfilet, 1 witte ui, 6-7 lontai (pimentkorrels), 2 laurierblaadjes of takjes selderij, 1 madam Janet- of Adyumapeper, 1,5 l. water, 200 ml. witte natuurazijn.
Doen: Breng 1 liter water aan de kook. Intussen de bakkeljauw in een vergiet doen en onder stromend koud water wassen. Leg de filets in een vuurvaste schaal met hoge opstaande rand en schenk er het zojuist gekookte water op. Na 15 minuten de vis nogmaals in het vergiet doen en afspoelen onder stromend water. Snij de ui en de gewassen peper in ringen (voor een minder pittige smaak de zaadjes en zaadlijsten verwijderen - gebruik er latex handschoenen bij). Verdeel de filets in stukken en leg een deel ervan in een glazen ovenschaal of een plastic bakje (met deksel). Schik er wat ui, hete peper en lontai op en leg er de tweede laag visfilet op. Schik daar weer ui, peper en lontai op. Herhaal tot alle filet is gebruikt. Duw de laurierblaadjes of selderij tussen de filets. Meng de rest van het water met de azijn in een mengbeker en schenk er zoveel van op de vis dat deze volledig onder staat. Dek de schaal af met plasticfolie of het bakje met het deksel en plaats minimaal 24 uur in de koelkast.
Nyan switi! ~ Eet smakelijk!
Diana Dubois, uitgever van het “Groot Surinaams Kookboek”; “Voeding goed, volk gezond” (Surinaams kookboek) en “Wat de Surinaamse pot schaft” - zie:
Reactie plaatsen
Reacties